februari 2003

Interview in Glas-Javnosti

| Geen reacties

Midden in de nacht werden we wakker van gebons op de deur. Brand, brand werd er geschreeuwd. Mijn vader deed open. Buiten stond de politie. We moesten vertrekken. Terug naar Servië. We kregen vijftien minuten om onze spullen te pakken. Mijn vader werd kwaad en begon te schreeuwen. Hij werd in handboeien afgevoerd. Mijn moeder en mijn zusjes pakten zo snel mogelijk een paar dingen in. We werden naar het vliegveld gebracht. Daar waren veel Roma-families. De volgende dag waren we in Belgrado. Een broer van mijn vader kwam ons ophalen. Nu wonen we hier in Belgrado.

Tienduizenden Roma vluchtelingen uit voormalig Joegoslavië hebben tijdens de oorlog op de Balkan hun toevlucht gezocht in West Europa. Tijdens de Kosovo oorlog zijn 100.000 Roma’s Kosovo ontvlucht.
De afgelopen jaren is het rustig op de Balkan. Dit was een reden voor veel West Europese landen om de vluchtelingen terug te sturen naar hun herkomstlanden.
De grote vraag is hoe het die mensen nu vergaat. Hoe zien de terugkeerprogramma’s eruit en hebben zij een mogelijkheid een nieuw leven op te bouwen.

Van 16 tot 20 februari ga ik met een missie van de Raad van Europa naar Servië en Montenegro. Het doel van de missie is om te kijken naar de positie van teruggekeerde Roma’s in Servië, Montenegro en Kosovo.

Op initiatief van de Europese federatie van homoseksuele sport(st)ers, EGLSF, houdt de Raad van Europa deze zomer een’ Hearing’ over de slechte positie van homoseksuele sport(st)ers in lidstaten van de Raad van Europa. De Raad van Europa zal experts uit Nederland en andere landen uitnodigen om hun ervaringen te vertellen.

Dagboek Archief

Aangedreven door Movable Type 4.38